95 dagen voor de verkiezingen hint de Amerikaanse president Donald Trump in een tweet op een uitstel ervan. Hij is de allereerste Amerikaanse president in de geschiedenis die zulk antidemocratisch voorstel lanceert. Dat hoeft niet te verbazen, want onmiddellijk na de verkiezingen van 2016 strooide hij met veel bravoure en zonder enig bewijs verhalen rond als zouden 'drie tot vijf miljoen illegalen' onrechtmatig voor Hillary Clinton hebben gestemd. Hij werd zo de eerste president in de geschiedenis die de legitimiteit in twijfel trok van verkiezingen die hij zelf had gewonnen.
Maar uit tientallen studies van zowel progressieve als conservatieve instellingen blijkt dat verkiezingsfraude in de VS uiterst zelden voorkomt. De zeer uitgebreide News21-database (Carnegie-Knight Foundation), die verkiezingsfraude in kaart brengt, telde tussen de jaren 2000 en 2016 exact 10 gevallen van 'voter impersonation' of van kiezers die zich voordeden als iemand anders. Dat op een totaal van 146 miljoen geregistreerde kiezers. Niet de president, maar enkel het Amerikaanse Congres kan beslissen de verkiezingen uit te stellen. Zelfs als het Congres - en die kans is zero - Trumps spel meespeelt, zou het hem maar weinig helpen. In het 20ste amendement van de Amerikaanse Grondwet staat wel duidelijk dat 'de ambtstermijn van de president en de vicepresident eindigt op 20 januari om 12 uur 's middags'. Ook op het Hooggerechsthof hoeft Trump niet te rekenen om 'een noodsituatie' uit te roepen. Dat zou enkel kunnen 'in geval van oorlog of een buitenlandse invasie'. Maar zelfs in 1864 (Amerikaanse Burgeroorlog) en 1944 (W.O. II) gingen de verkiezingen gewoon door.
|