Paul Blokhuis over Welzijn op Recept |
|
Welzijn op Recept: iemand krijgt geen medicijnen, maar een welzijnscoach die hem helpt weer sociaal actief te worden. Staatssecretaris Paul Blokhuis reflecteert. |
|
|
Blokhuis: “Deelnemers aan Welzijn op Recept vertellen dat ze zich gezonder en gelukkiger voelen, actiever zijn, dat hun zelfvertrouwen groeit en dat ze de toekomst rooskleuriger tegemoet zien. Mensen kunnen zowel lichamelijk als fysiek weer opbloeien door de interventie.” De staatssecretaris is te spreken over de eerste resultaten. Ligt er met de informatie over Welzijn op Recept die er nu is een voldoende solide basis voor andere gemeenten om hiermee aan de slag te gaan? “Zeker weten. Welzijn op Recept wordt nu al aangeboden in 83 gemeenten, en ik wil graag dat dat er meer worden. Het mooie is dat gemeenten die dit ook willen gaan aanbieden, niet opnieuw het wiel hoeven uit te vinden. Zij kunnen leren van de ervaringen van de gemeenten die hen zijn voorgegaan.” Het Landelijk kennisnetwerk Welzijn op Recept heeft de best werkende werkwijzen bekeken en gebundeld. Geïnteresseerde gemeenten, huisartsen en welzijnswerkers kunnen handboeken en handleidingen bestellen, met tips en adviezen over hoe de interventie kan worden gestart. Lees hier verder. |
|
Patiëntenervaringen: PREM chronische zorg |
|
Patiënten en hun ervaringen en behoeften: hoe krijg je hiervan een goed beeld bij mensen met hun chronische ziekte? Mediis beproefde de PREM chronische zorg. |
|
|
Van ervaringsverhalen leer je meer dan van cijfers. Dat ontdekte zorggroep Mediis dankzij een pilot met de PREM chronische zorg. De vragenlijst over ketenzorg bij chronische aandoeningen is nu voor alle zorggroepen beschikbaar. Het instrument werkt vooral goed als ‘vliegwiel’ om in gesprek te gaan, want patiënten denken graag mee over de beste zorg. Mediis besloot in 2018 de PREM chronische zorg, ontwikkeld door InEen, Patiëntenfederatie Nederland en Zorgverzekeraars Nederland, uit te rollen als onderdeel van haar activiteiten op het gebied van zelfmanagement en het programma Zelfzorg Ondersteund. Dat vertelt Anouk Nijenhuis, beleidsmedewerker bij de regionale organisatie van huisartsen in Midden-Holland. De PREM chronische zorg past goed in het nieuwe Kwaliteitsbeleid op Maat van InEen. Daarin staat het lerend vermogen van zorgprofessionals centraal, aan de hand van spiegelinformatie en feedback van patiënten. Nijenhuis: “Wij wilden weten wat de ervaringen en behoeften van patiënten zijn. Met deze PREM konden we daar heel diep op ingaan. Je leert er veel meer van dan van alleen maar cijfertjes. Het is leuk om een rapportcijfer 8 te krijgen, maar liever wil je weten waarom dat is.” Lees hier verder. |
|
Huisartsenpost: werkdruk omlaag |
|
De huisartsenpost kent een hoge werkdruk. Maar daar valt genoeg tegen te doen, blijkt uit de inspanningen van de Regionale Huisartsenpost Drechtsteden. |
|
|
Laagurgente klachten verwijzen naar de dagpraktijk, betere verdeling van de workload, betere ketensamenwerking: het draagt allemaal bij aan minder werkbelasting. Dat is de ervaring van de Regionale Huisartsenpost (HAP) Drechtsteden. 120 huisartsen, verspreid over negentig praktijken, draaien hier ANW-diensten. Twee jaar geleden was de ervaren werkbelasting hoog op deze post, weet Angelique Boers, huisarts en medisch manager van de HAP Drechtsteden. “We hebben de afgelopen jaren al talrijke maatregelen genomen om die gevoelens van overbelasting weg te nemen.” Zo worden laagurgente klachten (categorie U4) verwezen naar de dagpraktijk. Boers: “Dat is niet altijd makkelijk, omdat patiënten bezorgd zijn en snel gezien willen worden. Maar een patiënt met heftige rugpijn kan vaak prima een dag later beoordeeld worden. De triagist overlegt alle U4-consulten met de regiearts. Die is eindverantwoordelijk tijdens de ANW-dienst. De regiearts bespreekt lastige gevallen met de triagist en hakt zo nodig knopen door.” Bij Drechtsteden is de voorheen gehanteerde tweedeling opgeheven tussen huisartsen die visites afleggen en huisartsen die consulten doen. Boers: “Als je geen visites hoeft te rijden omdat er op dat moment geen meldingen zijn, werk je gewoon mee als consultarts. Dat leidt tot een betere verdeling van de workload.” Lees hier verder. |
|
Preventie gezondheidsproblemen |
|
Preventie van gezondheidsproblemen verdient volop aandacht, zegt Sven de Langen, Rotterdams wethouder zorg, volks-gezondheid, ouderen en sport. |
|
|
In Nederland is de curatieve zorg geweldig geregeld, zegt Sven de Langen. Dat heeft een nadeel: een verwijzing naar de tweede lijn is makkelijk, maar de afslag naar de preventieketen ligt er nog niet. Die moet er nu snel komen, vindt hij. Wat De Langen zorgen baart, is de jarenlang ingesleten gewoonte om problemen de curatieve zorg in te duwen. “We zien dat veel mensen bij de huisarts terechtkomen met klachten over stress, vaak in combinatie met schulden”, zegt hij. “Dat is geen problematiek die in de zorg kan worden opgelost, dus het is zaak de lijn naar het sociaal domein te versterken. Ik wil wel een wedstrijd beginnen tegen de curatieve keten. De curatieve zorg is geweldig geregeld in ons land. Zó goed zelfs, dat het gemakkelijk is om mensen naar de tweede lijn te verwijzen. Die route is geplaveid, maar een afslag naar de preventieketen ligt er nog helemaal niet.” Toch worden stappen gezet. De Langen: “Een mooie stap is de samenwerking met zorgverzekeraar VGZ die inwoners van Rotterdam in staat stelt om vanuit het preventiebudget gebruik te maken van activiteiten die bijdragen aan hun gezondheid.” Lees hier verder. |
|
Healthcare for internationals |
|
Immigranten en zorg: deze combinatie is vaak voor verbetering vatbaar. Healthcare for Internationals streeft hiernaar. |
|
|
Een Indiase expat, Poolse arbeidsmigrant of Syrische statushouder in de spreekkamer kan een uitdaging zijn. Veel internationals zijn onbekend met het Nederlandse zorgstelsel en voelen zich niet begrepen. Het gevolg: frustratie en onvrede bij patiënt én huisarts. De netwerkorganisatie Healthcare for Internationals (H4i) probeert dit te veranderen. Nederland telt circa 1,2 miljoen internationals, onder wie kenniswerkers, arbeidsmigranten, studenten en statushouders. Onderzoek toont aan dat slechts 32% vertrouwen heeft in (huis)artsen, tegen 82% van de Nederlanders. “Dit komt vooral doordat het hier eenvoudigweg anders is dan men thuis gewend is”, zegt Dirk Jan Frijling, coördinator van H4i. “Dat leidt tot verrassingen, verwachtingen die niet uitkomen, onzekerheid en gevoel van onveiligheid.” Daar komt bij dat de huisarts meestal niet de ‘beste versie’ van iemand ziet. “Mensen melden zich wanneer ze zich ziek voelen of ongerust zijn, bijvoorbeeld over hun kind. Emoties beïnvloeden dan de communicatie.” ‘Closing the gap’ is het motto van H4i. Hiervoor worden twee sporen bewandeld; het ene is gericht op de zorgverlener, het andere op de international. Voor huisartsen, praktijkondersteuners en doktersassistenten is er een geaccrediteerde training, verzorgd door het Koninklijk Instituut voor de Tropen. Lees hier verder. |
|
Dé app voor de eerstelijnszorg |
|
De Eerstelijns heeft een eigen app gelanceerd. In de app zijn alle magazines beschikbaar die zijn verschenen sinds 2019. Verder kunt u met een handige zoekfunctie snel artikelen over een bepaald onderwerp terugvinden. |
|
|
Wanneer u al abonnee bent van de Eerstelijns, krijgt u voor heel 2020 gratis toegang tot de app en kunt u uw vertrouwde Eerstelijns ook online lezen! Hiervoor kunt u inloggen met uw abonneenummer, postcode & huisnummer. Als u uw abonneenummer niet heeft, kunt u het hier navragen. Nog geen abonnee? Al vanaf € 24,99 kunt u ons magazine lezen. Hier meldt u zich makkelijk aan. |
|
|
|
|