Zoals een bloem zijn kelk heft naar de zon, een boom zijn armen uitbreidt naar de hemel, ja zelfs het zaad, diep in de akkergrond, zoekt naar het licht en opstaat om te leven, zo zoekt ons hart naar U, o eeuwig licht, zo taalt ons lied naar U, o God van vrede. Lof zij uw naam die oplicht in de nacht, uw luister staat geschreven in de sterren, zo hoog van eer, een uitstraling zo zacht, taal van genegenheid, tijding van verre. Wij zien verwonderd naar de stille pracht, zou ooit een mens die heerlijkheid verwerven? >> Beluister Lied 220 (+ toelichting) |