Beste lezer,
Voor de vijftiende keer heeft dit weekblad een Nederlander van het Jaar gekozen. Het liefst kiest de redactie één persoon. Een vrouw of man die haar of zijn stempel – in negatieve of positieve zin – op het afgelopen jaar heeft gedrukt, het jaar symboliseert of een bijzondere prestatie heeft verricht.
Dit jaar heeft de redactie niet gekozen voor een bepaalde persoon, maar voor een functionaris: de burgemeester. De reden ligt voor de hand.
Er is geen publieke ambtsdrager die zo onder vuur ligt als de burgemeester. Eerste burger Jos Wienen van Haarlem is, helaas voor hem, misschien wel het bekendste voorbeeld. Maar hij heeft tientallen collega’s die de afgelopen tijd eveneens met de dood zijn bedreigd of zijn geconfronteerd met verbaal of fysiek geweld.
Het zijn niet alleen (drugs)criminelen die zich hieraan schuldig maken. Ook ‘gewone’ burgers kennen soms nauwelijks grenzen als ze de burgemeester bejegenen. Of het nu gaat over de opvang van asielzoekers, het afsteken van vuurwerk of de Sinterklaasintocht.
Dat de burgemeester verantwoordelijk is voor openbare orde en veiligheid heeft hier alles mee te maken. Net als het gegeven dat de burgemeesters, anders dan politie en justitie, niet anoniem opereren. Ze zijn bekend van naam en gezicht en ook hun adres is bekend.
Maar dit mag natuurlijk nooit een vrijbrief zijn om de burgemeester te bedreigen, lastig te vallen of iets aan te doen. Burgemeesters verdienen juist de steun van hun burgers. Hopelijk draagt deze uitverkiezing tot Nederlander van het Jaar daaraan bij.