Goedenavond cultuurliefhebber, Groot nieuws deze week voor de museale sector: Nederlandse musea moeten bereid zijn om cultuurgoederen die zijn buitgemaakt in voormalige koloniën onvoorwaardelijk terug te geven als het land van herkomst hierom vraagt. Dat staat in een advies van de Raad voor Cultuur dat woensdag aan minister Van Engelshoven is gepresenteerd. Dit betekent dat de circa 300.000 koloniale voorwerpen uit onder meer het Rijksmuseum en het Nationaal Museum van Wereldculturen kunnen worden teruggevraagd door Suriname, Indonesië en de Antillen. „Waar het om gaat is schoon schip te maken met het verleden”, zegt juriste Lilian Gonçalves-Ho Kang You, voorzitter van de adviescommissie, vandaag in NRC. Zelf is ze in Suriname geboren. „Ik weet dat er in Suriname heel weinig is.” De voorwerpen in Nederlandse depots kunnen volgens haar „helpen om de Surinamers kennis te laten nemen van hun eigen cultuur”. Welke Surinaamse schatten in Nederlandse musea opgeslagen liggen, was onlangs nog te zien op de grote Suriname-tentoonstelling in De Nieuwe Kerk. Maar de kans dat al die stukken nu in één klap zullen worden opgeëist door Surinaamse musea is klein. Museumdirecteuren uit Suriname en het Caribisch gebied hebben al aangegeven dat zij niet over de faciliteiten beschikken om teruggegeven voorwerpen te kunnen conserveren en tonen. Ook daar ligt dus een rol voor Nederland. Geef de cultuurgoederen die sinds de zeventiende eeuw uit de koloniën zijn gestolen terug, maar deel ook de expertise en middelen die nodig zijn om ze voor toekomstige generaties te behouden. |